Workshop sensoren bouwen

talen: ennl

11-06-2016 Diana Wildschut, Universiteit Amersfoort

Op de eerste sensorenbouwdag, op 11 juni 2016, kwamen 13 deelnemers af. De workshop was aangekondigd als een workshop voor volwassenen waarbij kinderen onder begeleiding ook welkom waren. Dat leverde een gemengd publiek op. Er deden vier kinderen van tussen de 9 en de 11 jaar mee. Een van hen was alleen gekomen maar kon al solderen en heeft later nog andere (volwassen) deelnemers op weg geholpen. Twee kinderen werden door een moeder bijgestaan en de laatste werkte samen met zijn vader.

Er waren 5 setjes gereedschap aanwezig, waardoor sommige mensen samen moetsen werken. Dat werkte goed en heeft vaak bijgedragen aan het begrip van de materie, als je immers samen iets uitzoekten er over praat begrijp je het beter dan wanneer je alleen door de handleiding heen gaat.
Al vrij snel hebben we drie extra soldeerbouten gehaald zodat mensen wat sneller konden werken. Een van de kinderen had zijn eigen gereedschap bij zich.
Van tevoren hadden we 10 setjes met componenten samengesteld. Uiteindelijk hebben we er tijdens de workshop nog een setje bij gemaakt en zijn er 10 werkende sensorkastjes meegegeven en een bouwpakketje om thuis af te maken.
Voor het electronicagedeelte hebben we een uitgebreide handleiding gemaakt. Om te beginnen was er de handleiding solderen, die door Tkkrlab uit het Engels is vertaald. Een duidelijk document op 1 pagina met goede tekeningen. Daarna hebben we per soldeerstap een fotogemaakt met tekst erbij.
Over het algemeen konden de deelnemerrs zich goed redden en maakten ze alleen fouten als ze dachten dat ze aan het plaatje genoeg hadden en de tekst konden negeren. We overwegen de plaatjes nog iets duidelijker te maken, maar misschien is het beter om er bij te zeggen dat ze goed moeten lezen. In de tekst staat namelijk waardevolle informatie die je in een plaatje nooit zult kunnen overbrengen.
We hebben veel tips verzameld en goed gekeken wat we in een volgende versie nog duidelijker kunnen maken. Onze verwachting was dat mensen een uur zouden solderen, een uur zouden bouwen aan hun weerhut en een uur zouden hebben om te prgrammeren. Het bleek dat de meesten ongeveer twee uur soldeerden, een half uur nodig hadden voor de weerhut en dat we aan de twee-en-een-half uur die we na de inleiding over hadden geen tijd meer hadden om mensen te leren programmeren. We hebben het maar even zo gedaan dat iedereen bij Harmen langs kon komen om de software op de chip te laten zetten en te testen. Zo ging iedereen met een werkende set naar huis en wachtten wij in spanning af wanneer de eerste sensoren zich op de kaart zouden plaatsen.
Van tevoren hebben we geen afstandstest kunnen doen en we rekenden op 1-2 km bereik. Dat lijkt vooralsnog tegen te vallen, waarschijnlijk vanwege de veilige instelling die we hebben gekozen. Als je het bereik heel groot zet kun je bijvoorbeeld eens per uur een pakketje data versturen, en als je het wat kleiner zet kan dat eens per kwartier. Dat laatste wilden we graag dus de afstand is klein gehouden. Nu blijkt dat hij veel te klein is. De enige sensor die op de kaart verscheen was die van deelnemer Joris, die op een afstand van zo'n 600 meter woont.
Deze week werken we aan een beter bereik, waardoor waarschijnlijk veel meer sensoren zich kunnen melden. Ook gaan we gateways zetten op andere plekken in de stad. Daarvoor hebben we al twee adressen die ongeveer op de goede plek zijn. We hopen genoeg te hebben aan een extra gateway, maar als het bereik echt tegen blijft vallen hebben we er misschien wel drie extra nodig.
De komende week fietsen we rondjes door de stad met verschillende setjes om het bereik te testen. Al met al was de workshop een succes en leuk om te doen. Met dit in ons hoofd kijken we nu verder naar mogelijkheden voor educatie en meer workshops.